logo NCGeo

Monitoring van bodembeweging met InSAR

Parameters van satelliet-radarinterferometrie voor deformatiemetingenInterferometrische beelden van Ancona, ItaliëDeformatie van bebouwd gebied

P. Marinkovic (TU Delft, DEOS)

Op initiatief van de Subcommissie Bodembeweging en Zeespiegelvariatie ondersteunt de NCG het promotieonderzoek 'Monitoring van bodembeweging met InSAR' (Inertial Synthetic Aperture Radar). Medefinancierders zijn: ALW-NWO, TU Delft en de Adviesdienst Geo-informatie en ICT van Rijkswaterstaat. Het onderzoek richt zich op het gebruik van satellietradarinterferometrie voor de monitoring van bodemdaling in Nederland. Hierbij wordt gebruik gemaakt van lange tijdseries van radarbeelden, opgenomen vanaf 1992 voornamelijk met de satellieten ERS1, ERS2 en ENVISAT. Aangezien het grootste gedeelte van de radarbeelden onbruikbaar is door temporele veranderingen in het terrein, wordt in dit onderzoek gekeken naar bijzondere puntreflecties die gedurende lange tijd bruikbare metingen opleveren. Aangetoond is dat voor stedelijk/bebouwd terrein een dichtheid van meer dan 150 punten per km2 kan worden gehaald.

Het onderzoek dat gestart is in 2003 wordt uitgevoerd door de promovendus P. Marinkovic en zijn begeleider is dr.ir. R.F. Hanssen (TU Delft, DEOS). Als bijzonder aandachtspunt kijkt de heer Marinkovic naar de optimale combinatie van radardata afkomstig van verschillende satellietbanen (klimmende, dalende en naburige) en verschillende sensoren zoals ERS, ENVISAT, ALOS (L-band) en ENVISAT ScanSAR. De hoofdvraag die beantwoord moet worden in het onderzoek is hoe, gebruik makend van alle mogelijke radardata van een bepaald gebied, een optimale deformatieanalyse kan worden uitgevoerd, en welke methoden en algoritmen hiervoor moeten worden ontwikkeld.

Ga naar boven
JSN Boot template designed by JoomlaShine.com